Zeven klimaatlessen uit de coronacrisis

Marten Ovaere, energie- en klimaateconoom (Universiteit Gent en Yale University) en Kenneth Van den Bergh, ingenieur en ondernemer (Carbon+Alt+Delete)

Nu de vaccinatiecampagne op volle toeren draait, hebben we uitzicht op een min of meer zorgeloze zomer. Maar hoe zorgen we dat de zomer van 2050 ook zorgeloos wordt? De coronacrisis leert ons veel over de klimaatcrisis

1. Daadkrachtig en snel handelen betaalt zich terug.

De coronacrisis heeft ons geleerd dat we een virus best zo snel mogelijk na een uitbraak in de kiem smoren. Daadkrachtig reageren op korte termijn levert veel meer op dan reactief schade beperken als de zaken mislopen. Zo is het ook beter de temperatuurstijging nu tegen te gaan. Indien we de temperatuurstijging willen beperken tot maximaal 2°C, kunnen we aan het huidige tempo nog 20 jaar CO₂ uitstoten. Daarna gaan we resoluut in CO₂-lockdown. Indien we vandaag al de CO2-curve ombuigen hebben we meer tijd om naar klimaatneutraliteit te evolueren.

2. Onze keuzes vandaag bepalen de wereld van morgen.

Ons gedrag vandaag bepaalt de corona-cijfers over enkele weken. Deze korte doorlooptijden werken motiverend om ons gedrag aan te passen. Ook de toekomstige klimaatverandering wordt bepaald door ons gedrag vandaag. Maar omdat deze effecten pas zichtbaar zijn binnen enkele decennia, zijn we minder gemotiveerd om vandaag al actie te ondernemen. We moeten beseffen dat, net zoals het aantal besmettingen niet afneemt zolang we onze sociale contacten niet beperken, elke jaar steeds warmer zal worden zolang we onze CO₂-uitstoot niet drastisch terugschroeven.

3. Inherente onzekerheid mag niet leiden tot passiviteit.

Door het probabilistisch en exponentiële karakter van een pandemie kunnen experts niet met 100% zekerheid de exacte effecten van maatregelen voorspellen. De marsrichting is echter wel duidelijk: social distancing in afwachting van een volledige vaccinatiegraad. Ook voor het klimaat is het onmogelijk om 100% zeker het effect van CO2-uitstoot op ons klimaat te voorspellen. Maar ook hier is de marsrichting duidelijk: rationeler energiegebruik, massale investeringen in reeds bestaande duurzame technologie en onderzoek naar nieuwe technologie. De onzekerheid die inherent is aan complexe problematieken zoals de corona- en klimaatcrisis zijn geen excuus om vandaag niet tot actie over te gaan.

4. Sommige risico’s zijn onaanvaardbaar.

De pandemie toont ons dat een crisis exponentieel kan groeien zodra bepaalde drempels worden overschreden. De gevolgen zijn niet te overzien als er onvoldoende ziekenhuiscapaciteit of zuurstof beschikbaar is. Ook de gevolgen van klimaatverandering zijn niet lineair. Door omslagpunten zoals het smelten van poolkappen of het ontdooien van toendra kan eenzelfde CO₂-uitstoot de temperatuurstijging verhogen van slechts 1,5°C tot meer dan 4°C. In het eerste geval zit de wereld met een ‘griepje’, terwijl we in het tweede geval te maken hebben met een globaal destabiliserend fenomeen. Dan stelt zich de vraag of we het risico willen lopen op het slechtste scenario en de wereld van onze (klein-)kinderen willen vergokken in het klimaatcasino.

5. De oplossing moet komen van investeringen én gedrag.

De pandemie heeft aangetoond dat de oplossing een combinatie is van gedragsverandering en investeringen. We hebben onze contacten verminderd én geïnvesteerd in technologie (een snelle ontwikkeling van een vaccin) en infrastructuur (extra ziekenhuiscapaciteit). Zo moeten we ook klimaatverandering bestrijden. We moeten massaal investeren in duurzame technologie en tegelijkertijd ons gedrag aanpassen. We zullen elektrisch moeten rijden én minder moeten rijden; investeren in hernieuwbare energie én minder elektriciteit verbruiken; productieprocessen aanpassen én bewuster gaan consumeren.

6. We zijn in staat tot solidariteit tussen de generaties.

We kunnen het coronavirus enkel inperken omdat iedereen zijn steentje bijdraagt. Ook jongeren, die minder risico lopen dan ouderen, hebben hun gedrag drastisch aangepast om zo hun ouders en grootouders te beschermen. In het klimaatverhaal speelt dezelfde logica, maar dan omgekeerd. Klimaatverandering zal voornamelijk jongeren en hun (klein-)kinderen treffen. Klimaatactie is een vorm van solidariteit van oudere met jongere en toekomstige generaties.

7. We hebben nood aan wereldwijde samenwerking.

De pandemie maakt ons duidelijk dat geen land immuun is tegen een virus dat de wereld rondreist in vliegtuigen. De coronacrisis is pas echt onder controle wanneer elk land virusvrij is. Ook in onze strijd tegen klimaatverandering moet ieder land meewerken. Elke uitgestoten ton CO₂, waar ook ter wereld, draagt bij tot klimaatverandering. Door deze tragedy of the commons kunnen we zowel pandemieën als klimaatrisico’s enkel aanpakken door wereldwijde coördinatie en samenwerking.

Hopelijk houden onze wereldleiders deze lessen in het achterhoofd wanneer ze in november samenkomen in Glasgow voor de COP26. Deze klimaattop moet leiden tot concrete plannen om de temperatuurstijging te beperken tot maximaal twee graden. Zodat 2021 niet enkel herinnerd wordt als het einde van de coronacrisis, maar ook als het echte begin van een oplossing voor de klimaatcrisis.