Wenslijstje voor de COP26

Auteur: Kenneth Van den Bergh, mede-oprichter Carbon+Alt+Delete

Begin november vindt de 26e Conferenties of the Parties (COP26) plaats in Glasgow. Deze jaarlijkse hoogmis van globaal klimaatbeleid is een uitgelezen moment om stil te staan bij de staat van het klimaat. Ik doe hier graag aan mee. Hieronder vind je mijn wenslijstje voor de COP26.

1. Klimaatneutraliteit in 2050 is een noodzaak, geen ambitie.

De klimaatwetenschap is zeer duidelijk. Om de impact van klimaatverandering enigszins te beperken moeten we de globale temperatuurstijging beperken tot minder dan 2°C, bij voorkeur 1.5°C. Hiertoe moeten we tegen 2030 onze uitstoot ruwweg halveren en tegen 2050 klimaatneutraliteit bereiken (nl. netto geen broeikasgassen meer uitstoten). De klimaatdoelstellingen van de Europese Unie en steeds meer andere landen en bedrijven zijn in lijn met dit traject. Deze landen en bedrijven verdienen respect voor hun ambities, maar we moeten beseffen dat ze doen wat moet gedaan worden, niet minder maar ook niet meer. Echte klimaatpioniers bereiken klimaatneutraliteit veel eerder dan 2050.

2. Doelstellingen zijn mooi, plannen zijn beter.

Ambities zijn belangrijk, maar concrete plannen zijn nodig om onze uitstoot van broeikasgassen drastisch te verminderen. Als we alle nationale en regionale klimaatplannen die zijn goedgekeurd of in de pijplijn zitten optellen (nl. de zogenaamde Intended Nationally Determined Contributions), dan vlakken we onze globale uitstoot af op het huidige niveau om dan lichtjes te dalen naar 2050 toe. De huidige plannen zijn dus ruimschoots onvoldoende om onze uitstoot drastisch te verminderen en klimaatneutraliteit te bereiken. De COP is een belangrijk moment waarop landen transparantie geven over hun (gebrek aan) klimaatplannen. Door naming and shaming kunnen achterblijvers worden aangezet een tandje bij te steken.

3. Meten is weten.

Transparantie inzake broeikasgasemissies van landen, bedrijven en producten is een noodzakelijke voorwaarde om op een efficiënte manier de omslag te maken naar klimaatneutraliteit. Zonder deze transparantie varen we blind. De uitstoot op landniveau is redelijk goed in kaart gebracht, maar op bedrijfsniveau en zeker op productniveau is er meer transparantie nodig over de betreffende klimaatimpact. Experten verwachten dat de COP26 het belang zal benadrukken voor bedrijven om hun klimaatimpact te meten en publiek te communiceren. Eens deze klimaatimpact gekend is, zullen klanten duurzamere producten kopen, zullen investeerders hun geld investeren in duurzamere bedrijven en zullen jonge werknemers gaan werken voor duurzamere bedrijven.

4. Investeringen zijn geen kosten.

Om de omslag naar een klimaatneutrale economie te maken zijn handenvol geld nodig, denk bijvoorbeeld aan elektrische laadinfrastructuur, renovatie van gebouwen en massale uitrol van zon- en windenergie. Een belangrijke opmerking hierbij is dat het investeringen betreft, geen jaarlijks wederkerende kosten. In boekhoudkundige termen, het betreft capex, geen opex. Door de komende decennia massaal te investeren in klimaatneutrale technologieën, vermijden we in de toekomst jaarlijks wederkerende kosten ten gevolge van klimaatverandering. Net zoals we als maatschappij investeren in onderwijs van jongeren zodat we later niet de wederkerende kosten hoeven te dragen van onopgeleide en ongeletterde volwassenen.

5. Investeer massaal in bestaande CO2-vrije technologie.

Het slechte nieuws is dat het vandaag technisch niet mogelijk is om een volledige omslag te maken naar een klimaatneutrale economie.

Bepaalde technologieën bestaan nog niet of slechts in kleinere pilootprojecten (vb. CO2-vrij vrachtverkeer of luchtverkeer). Het goede nieuws is dat we vandaag met bestaande technologieën reeds een grote stap kunnen zetten richting klimaatneutraliteit (tot 65% volgens de Boston Consulting Group). Denk hierbij onder andere aan hernieuwbare elektriciteit, elektrische wagens, warmtepompen en energie-efficiëntie. Bovendien is een aanzienlijk deel van deze technologie reeds kostcompetitief of zelfs goedkoper dan fossiele alternatieven. Het is van groot belang om het komende decennium massaal te investeren in deze bestaande CO2-vrije technologie, zodat we onszelf de tijd kopen om tussen 2030 en 2050 de nu nog onopgeloste stappen te zetten.

6. Samen uit samen thuis.

De olifant in de kamer van de klimaatpolitiek is sociale (on)gelijkheid. Arme landen lijden meer onder de gevolgen van klimaatverandering dan rijke landen, terwijl deze laatste historisch een grotere verantwoordelijkheid dragen. Ook binnen landen spelen ongelijkheidsdiscussies, denk maar aan de gillets jaunes voor wie het einde van de maand terecht een grotere zorg is dan het einde van de planeet. De basis van een rechtvaardige transitie naar een klimaatneutrale toekomst is een helder en wervend toekomstbeeld waarachter iedereen zich kan scharen. Zo’n toekomstbeeld is de fundering waarop een overheid concrete sociale correcties kan bouwen. In dat opzicht heeft de Coronacrisis ons duidelijk getoond dat we in staat zijn tot massale solidariteit (“eigen sociale contacten reduceren”) als er een helder (“onze ouderen en zieken zijn in levensgevaar”) en wervend (“samen terug naar het oude normaal”) verhaal is. Ook voor de klimaattransitie is er zo’n wervend en positief verhaal nodig dat de basis vormt voor rechtvaardige klimaatpolitiek.