Wetgeving inzake CO2-voetafdruk: een EU-overzicht

Wordt openbaarmaking van de CO2-voetafdruk verplicht voor bedrijven? Het korte antwoord is “ja, hoogstwaarschijnlijk”. De langere en volledig genuanceerde versie van het antwoord staat in dit artikel.

De Europese Unie heeft de ambitie om tegen 2050 klimaatneutraal te worden, zoals uiteengezet in de Green Deal. Om dit doel te bereiken moet de netto-uitstoot in 2030 met 55% zijn verminderd ten opzichte van het niveau van 1990. Deze ambities en doelstellingen zijn in de Europese klimaatwet opgenomen en de concrete maatregelen om deze doelstellingen te bereiken zijn uiteengezet in het “Fit for 55”-pakket. Tegelijkertijd heeft de EU de Taxonomieverordening en het Pakket duurzame financiering aangenomen, respectievelijk om een gemeenschappelijke definitie te hebben van wat “ecologisch duurzaam” is en om de geldstroom naar duurzame activiteiten te sturen.

Binnen deze belangrijke wetgevingsinitiatieven bestaat zeer concrete wetgeving inzake CO2-voetafdruk of is deze in de maak. Dit artikel geeft een overzicht van deze wetgeving op Europees niveau, in chronologische volgorde. Bereidt u voor op wat alfabetische soep.

Openbaarmaking van de CO2-voetafdruk wordt verplicht voor bedrijven.

Europees emissiehandelssysteem (EU ETS)

Wat | Het EU ETS is een hoeksteen van het Europese klimaatbeleid. Het is een cap-and-trade systeem voor koolstofemissies van grote industriële spelers en de intra-Europese luchtvaart. De Europese Unie legt een bovengrens op voor de jaarlijkse koolstofuitstoot (een cap) waarna industriële spelers vergunningen kopen en verhandelen om koolstof uit te stoten. Op die manier wordt een prijs gezet op de koolstofuitstoot en worden vervuilende bedrijven gestimuleerd om hun uitstoot te verminderen. Alle industriële spelers die onder dit systeem vallen, moeten hun koolstofemissies rapporteren aan de Europese Unie, samen met de overeenkomstige aangekochte emissierechten. Het huidige ETS-plafond is ongeveer 1.500 MtCO2e per jaar tegen een prijs van 60 euro per tCO2e.

Wie |De EU-ETS heeft betrekking op directe broeikasgasemissies (d.w.z. scope 1-emissies) van industriële installaties met een nominaal thermisch vermogen van minstens 20 MW. Dit omvat ongeveer 11.000 individuele installaties in Europa, zoals elektriciteitscentrales, olieraffinaderijen en staalfabrieken. Sinds 2012 is ook de intra-Europese luchtvaart opgenomen in het EU-ETS.1 Momenteel bespreekt de Europese Commissie de uitbreiding van het EU-ETS tot vervoer en gebouwen. Dit zou de positie van de EU-ETS als het belangrijkste Europese klimaatbeleid versterken.

Wanneer | De EU-ETS werd in 2005 ingevoerd als ’s werelds eerste en grootste internationale emissiehandelssysteem. Wettelijk gezien loopt de EU-ETS tot 2030, waarna de wetgever de regeling moet verlengen. Algemeen wordt echter aangenomen dat de EU-ETS een cruciaal beleidsinstrument blijft om in 2050 klimaatneutraal te worden.

Richtlijn Niet-financiële Rapportage (NFRD)

Wat | De NFRD was de eerste EU-wet die bedrijven verplichtte informatie bekend te maken over een aantal niet-financiële duurzaamheidscriteria, zoals milieuzaken, sociale zaken, behandeling van werknemers, mensenrechten en diversiteit. Als onderdeel van de NFRD heeft de Europese Commissie richtsnoeren gepubliceerd om bedrijven te helpen klimaatgerelateerde informatie, zoals hun CO2-voetafdruk, openbaar te maken. Deze richtsnoeren zijn echter niet verplicht en bedrijven kunnen besluiten nationale richtsnoeren te gebruiken op basis van hun eigen bedrijfsomgeving.

Wie | De NFRD is van toepassing op grote ondernemingen van openbaar belang met meer dan 500 werknemers. Bedrijven van openbaar belang zijn beursgenoteerde bedrijven, banken en verzekeraars. Als zodanig heeft de NFRD betrekking op ongeveer 11.700 Europese bedrijven.

Wanneer | De NFRD werd in 2014 op Europees niveau aangenomen en trad in 2018 in werking in alle EU-lidstaten.

Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR)

Wat | De SFDR maakt deel uit van het pakket duurzame financiering en heeft als doel transparantie en consistentie te creëren in de duurzaamheidsrapportage van financiële producten. Deze verordening verplicht financiële instellingen om de duurzaamheidsprestaties van hun producten (bv. aandelenfondsen) en hun eigen duurzaamheidsrisico’s (bv. kredietportefeuilles) bekend te maken. Een belangrijk onderdeel van de SFDR-rapportagevereisten zal een uitgebreide CO2-voetafdruk van investeringen door financiële instellingen zijn. Een gevolg van dit alles is dat financiële instellingen structureel gaan samenwerken met duurzaamheidsadviseurs (bv. partnerschappen tussen KBC en Encon en BNP Paribas en Climact).

Wie | De SFDR is van toepassing op financiële instellingen die actief zijn in Europa, zoals banken, verzekeraars, vermogensbeheerders en beleggingsondernemingen.

Wanneer | De SFDR werd aangenomen in november 2019 en treedt in werking in maart 2021. De exacte technische details volgen echter pas in januari 2022 in de Regulatory Technical Standard (bv. details over scope 3-emissierapportage). Daarom bevinden financiële instellingen zich momenteel in een soort inloopperiode. De eerste SFDR-rapportage zal in 2023 plaatsvinden voor het jaar 2022.

Richtlijn duurzaamheidsrapportage voor bedrijven (CSRD)

Wat | De CSRD is een uitbreiding van de Non-Financial Reporting Directive (NFRP, zie hierboven) op verschillende aspecten. De richtlijn verhoogt de inzet van deze richtlijn op een aantal fronten. De groep die moet rapporteren over niet-financiële aspecten wordt aanzienlijk uitgebreid (zie volgende paragraaf) en de rapportagevereisten worden aangescherpt met de invoering van het concept van dubbele materialiteit. Dit houdt in dat bedrijven over alle klimaatgerelateerde informatie moeten rapporteren als dat nodig is om inzicht te krijgen in de externe effecten van het bedrijf. In de praktijk betekent dit dat zij informatie moeten verstrekken over koolstofemissies en -doelstellingen, en dat zij tevens verplicht zijn beperkte zekerheid te verschaffen over deze niet-financiële rapportage. Ten slotte draagt de nieuwe richtlijn bedrijven op hun niet-financiële verslaglegging in te dienen in een elektronisch formaat dat vergelijkbaar is met het formaat dat voor de financiële verslaglegging wordt gebruikt. Het is duidelijk dat de openbaarmaking van de CO2-voetafdruk een belangrijk onderdeel zal vormen van de rapportageverplichtingen in het kader van de RVO. Bovendien zal er een einde komen aan de op excel gebaseerde CO2-voetafdruk als gevolg van de eisen inzake betrouwbaarheid en elektronische rapportage.

Wie | De RVO is van toepassing op alle grote bedrijven in Europa en op alle bedrijven die op een gereglementeerde markt zijn genoteerd (met uitzondering van beursgenoteerde micro-ondernemingen). Grote bedrijven zijn bedrijven die aan ten minste 2 van de volgende voorwaarden voldoen: 250+ werknemers, 40M+ omzet of 20M+ totale activa. De RKV zal dus betrekking hebben op bijna 50 000 Europese bedrijven (vergeleken met 11 700 bedrijven die onder de richtlijn niet-financiële verslaglegging vallen).

Wanneer | De RVO is vastgesteld in april 2021. De technische rapporteringsdetails zullen eind 2022 worden vastgesteld in de Sustainability Reporting Standards. Een eerste reeks ontwerpnormen wordt medio 2022 verwacht. De eerste CSRD-rapportage vindt plaats in 2024 voor het jaar 2023.

[1] Intercontinentale vluchten die vertrekken uit of aankomen in de EU werden uitgesloten van EU-ETS, na fel politiek protest van verschillende niet-Europese landen, waaronder de VS en China. De emissies van deze vluchten worden sinds dit jaar gereguleerd door het VN-agentschap ICAO (de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie) en haar programma CORSIA (het Carbon Offsetting and Reduction Scheme for International Aviation).